Lezen: Genesis 12: 1-4
Hoe oud, lezen we, was Abraham: 75? Menselijkerwijs gesproken loopt je leven dan af, hoe gezond je ook bent en welk zomeravondleven je ook nog leidt. Je weet dat iedere dag meegenomen is en dat alles wat nog rest een genadige toegift is. Bij Abraham lijkt alles te gaan beginnen. God is een God die met mensen op Zijn tijd iets gaat doen, niet op onze tijd. Dat heeft met Zijn geduld te maken, en met zijn wijsheid dat Hij weet wanneer wij ergens aan toe zijn.
Soms hebben we een lange leerschool nodig om bruikbaar voor Hem te kunnen zijn. Ook Mozes was 80 toen God hem voor het eerst naar de farao zond. Denk niet te gauw dat je leven zoals je het nu leidt wel voort zal kabbelen, op weg naar de oude dag niet veel meer gebeuren zal dan ‘meer van hetzelfde’.
Wij hebben een God die verrassend uit de hoek kan komen, die plotseling inbreken kan in ons leven en het over een andere boeg gooit. Wie daar alert op is, wie ervoor openstaat dat Hij alle dagen nieuw is (Klaagliederen 3:22, 23), wordt niet oud, maar blijft in een zekere zin altijd jong. ‘Wie de Here verwachten, zullen hun kracht vernieuwen’(Jesaja 40: 31).
De grootste verrassing voor Abraham zal komen als hij 100 is.
Bedenk en bespreek eens gebeurtenissen of situaties waarin God u verraste toen u jong en oud(er) was?