22Toen de tijd was aangebroken dat ze zich overeenkomstig de wet van Mozes rein moesten laten verklaren, brachten ze hem naar [de tempel in] Jeruzalem om hem aan de Heer aan te bieden.

Lucas 2: 22

De tempel vervult lange tijd een centrale rol in de Joodse eredienst. Voor de bouw van de eerste tempel door Salomo, vervulde de Tabernakel een soortgelijke functie sinds de uittocht uit Egypte. Door de Joden wordt de tempel meestal Beit Hamikdash (dat betekent Huis van het Heiligdom) genoemd.

Er zijn twee tempels geweest, de eerste werd door koning Salomo gebouwd en die heeft ongeveer vierhonderd jaar bestaan. Hierin kon alles van de eredienst worden uitgevoerd. In het Heilige der Heiligen stond de ark van het verbond. In 586 voor Christus verwoestten Babylonische troepen van Nebukadnezar II deze tempel. De voornaamste Joden werden daarna naar Babylon gedeporteerd, waar ze tientallen jaren verbleven. Onder de Perzische koning Cyrus mochten ze weer terugkeren om hun verwoestte stad Jeruzalem en de tempel daar te herbouwen.

In Babylon en na de terugkeer tot de herbouw van de tempel kon de eredienst niet meer in de tempel plaatsvinden. De synagoge nam een aantal van de taken van de tempel over. Offeren bleef echter voorbehouden aan de echte tempel.

Over de bouw en het in gebruik nemen van de tweede tempel lezen we in het Bijbelboek Ezra. Daar wordt aangegeven dat deze niet zo uitbundig was dan die van Salomo. Doordat de ark van het verbond niet meer aanwezig was kon het verzoeningsoffer niet meer op de oorspronkelijke manier worden gebracht. Maar ook andere problemen deden zich voor, vreemde overheersers bemoeiden zich met de tempeldienst en onteerden de tempel. Ook was de hogepriester steeds meer een politieke speelbal en daarbij werd afgeweken van de vereiste afstamming van AƤron. Herodus de Grote verfraaide de tempel tot een van de mooiste gebouwen van het Romeinse rijk. Die verfraaiing duurde tientallen jaren en was in 64 na Christus afgerond. Kort daarna, in 70 na Christus werd deze tweede tempel echter door de Romeinse troepen van Titus werden verwoest.

De tempel bestond uit een aantal gedeelten.
Iedereen (gelovig of niet) mocht op het eerste plein, het Voorhof, komen.
Op het volgende plein, de Voorste Voorhof, mochten alleen Joden komen, dat was het verst dat vrouwen mochten komen.
Het volgende gedeelte was het Voorhof der priesters, waar het brandofferaltaar en het koperen was vat stonden.
In de tempel zelf mochten alleen priesters komen, daar bevond zich het Heilige met tien gouden kandelaars, het reukofferaltaar en de tafel met de toonbroden. Achter een voorhangsel was het Heilige der Heiligen, de plek waar de ark van het verbond zou moeten staan.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.