In de mythologie van Mesopotamië is Jupiter de ster van Marduk, de belangrijkste kenbare godheid en wordt gezien als de drager van tekens [van de goden] naar de bewoonde wereld. De hemelen waren opgedeeld uit drie lagen, een bovenste laag met Anu als opperste, maar onkenbare God, een tweede laag met Bel als godheid, ook onkenbaar en een derde laag, waar Bel de sterren [en planeten] van de goden op tekende. Een van die goden was Marduk, die op deze manier de boodschappen van de hogere goden door kon geven.

Jupiter, werd met Venus, Mercurius en de maan als goede hemellichamen gezien, Saturnus en Mars als slechte. Overigens is er soms wat verwarring tussen Jupiter en de Maan, beide worden in een aantal gevallen met elkaar gelijkgesteld.

In het algemeen is Jupiter een bode van overvloed en vrede. Als Jupiter aanwezig is bij de maansverduistering, heft dat de slechte boodschap van het verschijnsel op. Een heldere Jupiter is een goed teken voor de koning en zijn rijk. Wanneer Jupiter echter dicht bij de Maan staat is dit een slecht voorteken (behalve als de Maan Jupiter verduistert), dan voorspelt dit teken de dood van de koning en onrust in het land.

Maar ook hier is weer een uitzondering op wanneer Jupiter in de buurt staat van Regulus (de koningsster, de felste ster in het sterrenbeeld leeuw), dan voorspelt het de koning een lang leven. Wanneer Jupiter op een bepaalde plek aan de hemel staat (het pad van Anu) kan het ook de opstand van een prins voorspellen, die een coupe gaat plegen.

Opvallend is ook de connectie tussen Mars en Jupiter. Deze voorspelt de val van een groot leger, slecht nieuws voor het land, dood van het vee. Het is een slecht voorteken voor alle landen, de koning moet een naburbi-ritueel uitvoeren om het kwaad voorbij te laten gaan. Met gaven werden de goden mild gestemd en gesmeekt om de straf voorbij te laten gaan.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.